De ketting is een van de belangrijkste onderdelen van je fiets. Maar het is ook een van de meest gevoelige voor slijtage. We leggen je uit hoe je je ketting kunt controleren, schoonhouden en smeren. Ook geven we tips om slijtage te beperken.
Een ketting kan qua tijd lang meegaan, maar als je kijkt naar het aantal kilometers dat je ermee kunt maken, valt het vaak nogal tegen.
Slijtage
Om te beginnen moet je de ketting regelmatig controleren op slijtage. Als de ketting breekt, is het duidelijk: deze moet vervangen worden. Maar bij een intacte ketting is er maar één manier om erachter te komen of hij versleten is: meten. Volgens de Fietsersbond is een verlenging van 1 procent acceptabel. De makkelijkste manier om te meten is een nieuwe ketting naast de oude hangen: als de oude ketting één schakel langer is, is deze aan vervanging toe.
Onderhoud van de ketting
Zowel een nieuwe als gebruikte ketting vraagt onderhoud. We beginnen met een ketting die net nieuw op de fiets is geplaatst.
Deze voelen vaak wat vettig aan. Bij een dichte kettingkast is dit niet zo’n probleem, maar bij een (half)open kettingkast, kan stof, zand en ander vuil zich gemakkelijk aan de ketting hechten. Een droge doek en een ontvetter – bijvoorbeeld WD40 – zijn hiervoor heel geschikt. Let er echter wel op dat alleen de buitenkant van de ketting dan droog wordt; tussen de schakels moet wel olie of smeermiddel blijven zitten.
De omstandigheden waar je in fietst en de mate waarin je de fiets gebruikt, bepalen voor een groot deel hoe vaak je de ketting moet controleren en schoonmaken. Bij droog weer en schone wegen hoef je de ketting natuurlijk minder vaak te controleren dan bij nat weer en zwaardere fietsomstandigheden, zoals modder. Ook in de winter zul je vaker moeten controleren, strooizout is namelijk heel slecht voor de ketting.
De volgende tekenen geven aan dat je de ketting moet controleren:
- De ketting maakt lawaai.
- De aandrijving van de fiets maakt een piepend geluid.
- De ketting blijft hangen.
- De fiets schakelt minder soepel.
Om de ketting te reinigen, heb je niet veel materialen nodig. Een borstel – je kunt ook een oude tandenborstel gebruiken – een schone, droge doek en een ontvettend middel als WD40 zijn meestal al voldoende.
De buitenkant van de ketting kun je het beste schoonmaken met de droge doek; tussen de schakels werkt een borsteltje het beste. Vergeet vooral de tandwielen, cassette en derailleurwieltjes niet mee te nemen. Ook deze zijn het beste met een borsteltje schoon te maken.
Vermijd zure, alkalische middelen, zoals roestverwijderaars, en agressieve ontvetters. Deze middelen zorgen ervoor dat het vet tussen de schakels verdwijnt, waardoor de ketting breekbaar wordt.
Zo smeer je de ketting
- Na het schoonmaken van de ketting, moet je deze altijd smeren. Soms is dit ook tussentijds nodig, maar dat hangt af van het gebruik.
- Zorg dat de ketting droog is voor je deze smeert.
- Het smeermiddel moet goed tussen de lagers komen: hier zitten namelijk de kwetsbaarste onderdelen. Draai de ketting tijdens het smeren zodat het smeermiddel zich goed kan verspreiden.
- Gebruik niet te veel smeermiddel en voorkom ophoping. Smeer alleen de cruciale delen – zoals de rollers – omdat de rest van de ketting weinig nodig heeft. Dit voorkomt ook nog eens roestvorming.
- Gebruik het juiste smeermiddel: er zijn verschillende soorten beschikbaar en je fietsenmaker kan je vertellen welke voor jouw fiets het beste is.
Slijtage beperken
Je kunt slijtage aan de ketting niet voorkomen, maar toch kun je met je rijstijl al zorgen dat de ketting zo lang mogelijk in goede staat blijft.
- Vermijd extreme posities van de ketting, zoals een (te) groot verschil tussen het voorste tandwiel en het achterste tandwiel: hoe rechter de lijn van de ketting, hoe beter het is.
- Voorkom te veel kracht op de ketting door vooruit te kijken en denken en tijdig te schakelen.
- Schakel zo min mogelijk vanuit stilstand.
Bronnen: Fietsersbond & Nederlanders Fietsen