Nederlandse 50-plussers zijn de afgelopen drie jaar nauwelijks betrokken geweest bij ongevallen in het verkeer. Ook geven ze aan zich netjes aan de verkeersregels te houden en te anticiperen op ander verkeer. Dat blijkt uit het jaarlijkse Fietsonderzoek van Fietsen123.
Aan het onderzoek deden ruim 1.700 Nederlandse fietsers mee. Het grootste deel van de respondenten bestond uit 50-plussers (95 procent). Bijna zes op de tien van hen fietst voornamelijk met een e-bike, terwijl een kwart vooral gebruik maakt van een stadsfiets en ongeveer 14 procent met een sportieve hybride fiets rondtoert.
Minste e-bikes in de randstad
In Noord-Brabant fietst men het meest: een op de vijf deelnemers aan het onderzoek heeft aangegeven het grootste deel van de fietstochten hier af te leggen. Gelderland en Zuid-Holland staan op de tweede en derde plaats. Hekkensluiters zijn Flevoland, Groningen en Zeeland.
Als we kijken naar het gebruik van fietstypes per provincie, dan valt op dat in de Randstad naar verhouding de minste e-bikes rondrijden. In Groningen, Overijssel en Limburg zijn het juist overwegend e-bikes die over de fietspaden zoeven.
Wielrenners zijn de grootste ergernis van andere fietsers
Van alle weggebruikers zijn wielrenners voor andere fietsers de grootste bron van ergernis. Ruim 35 procent van de fietsers heeft aangegeven van deze groep het meest last te hebben. Andere weggebruikers die voor veel ergernis zorgen, zijn jongeren die met meer dan twee naast elkaar fietsen. Brommers of scooters op het fietspad maken de top drie van vervelendste weggebruikers volgens andere fietsers af.
Opmerkelijk is het feit dat slechts 1 procent van de fietsers heeft aangegeven gebruikers van een speed pedelec het vervelendst te vinden. Dit lijkt een – op sociale media – veel geuite klacht tegen te ontkrachten. Veel fietsers spreken zich namelijk uit tegen de hoge snelheid bij een lage geluidsproductie. Of dit te maken heeft met de verplaatsing van de speed pedelec naar de rijbaan is niet duidelijk, maar buiten de bebouwde kom delen speed pedelecs het fietspad gewoon met andere fietsers.
Ver vooruit kijken
Nederlandse Fietsers voelen zich vooral onveilig in de buurt van rotondes. Een op de drie vindt dat hier de meeste gevaarlijke situaties voorkomen. Dat veel mensen geen richting aangeven en dat de regels niet bij elke rotonde hetzelfde zijn, spelen hierbij een belangrijke rol. Ook binnensteden en (grote) kruispunten binnen de bebouwde kom roepen bij veel fietsers een onveilig gevoel op.
De 50-plussers op het fietspad komen uit het onderzoek als verstandige en veilige weggebruikers naar voren. Bijna 95 procent heeft aangegeven zich goed aan de verkeersregels te houden. Acht op de tien kijkt daarbij ver vooruit om – indien nodig – op tijd te kunnen anticiperen op een onverwachte situatie. Ongeveer 14 procent gaat ervan uit dat de andere weggebruikers zich net zo goed aan de verkeersregels houden als zijzelf.
Weinig ongevallen
Ruim negen op de tien 50-plussers op de fiets is de afgelopen jaren niet betrokken geweest bij een ongeval. Van de minderheid die wel een ongeval heeft meegemaakt, geeft ongeveer zes op de tien aan dat de reden van het ongeval bij een ander lag.
In meer dan de helft van deze gevallen hield de andere weggebruiker zich niet aan de verkeersregels. Het gebruik van een smartphone was daarna de grootste boosdoener. De meeste van deze weggebruikers gebruikten een fiets of de auto. Automobilisten gaven relatief het vaakst geen voorrang, terwijl hielden zich meestal niet aan andere verkeersregels hielden.
Ongevallen die niet door een andere weggebruiker kwamen, ontstonden
in veel gevallen door het verliezen van het evenwicht of
onoverzichtelijke verkeerssituaties.
Smartphones zijn het onveiligst
De smartphone staat bovenaan de lijst met zaken die fietsers het gevaarlijkst vinden in het verkeer. Op de tweede plek staan de wielrenners, die ook bovenaan de lijst staan van weggebruikers die de meeste ergernis opwekken. Na de smartphone en de wielrenners zijn de mensen die met meer dan twee naast elkaar fietsen het onveiligst.
Verbeteringen in het verkeer
De verbeteringen die volgens de fietsers voor de overheid de meeste prioriteit zouden moeten hebben, sluiten aan bij de andere bevindingen uit het fietsonderzoek. Zo wil bijna de helft van de fietsers dat er hogere boetes komen op verkeersovertredingen, zoals het gebruik van de smartphone. Ongeveer een derde vindt dat de overheid moet beginnen met het aanleggen van aparte fietspaden voor de verschillende soorten fietsen. Een tiende van de fietsers wil eerst veiligere rotondes.
Op de vraag wat fietsers vinden van de 100 miljoen euro die de overheid in betere fietspaden en -stallingen wil investeren om het fietsen te stimuleren, gaf driekwart aan dit zeer goed te vinden: ‘Hoe minder auto’s, hoe beter!’